Kittens en Kinderen

2023-09-28T14:27:38+02:00

“Ben je zelf opgegroeid met katten en heb je hier goede herinneringen aan? Hoe fijn is het dan als je kind ook op kan groeien met een kitten”

Misschien heeft je kind al maanden gevraagd om een kitten in huis te halen en is het nu eindelijk zover? Kittens en kinderen kunnen een speciale vriendschap krijgen met elkaar. Vooral als je je kind leert om op een katse manier met je kitten om te gaan.

Kind en kitten
Is het kitten al in het vorige huis gewend geraakt aan (jonge) kinderen dan is de kans groter dat hij het contact met je kind leuk vindt. Is dit niet zo, dan kan het zijn dat hij het contact spannend vindt. Mocht je kind al  ervaring hebben met katten en geleerd hebben wat katten wel of niet fijn vinden, dan helpt dit ook. Een goede introductie verkleint de kans dat het kitten bang wordt voor je kind. Daarnaast zijn er ook wat tips om je kind goed om te leren gaan met het kitten.

Een baby in huis?
Ook de leeftijd van je kind maakt natuurlijk uit! Een baby zal nog weinig contact maken met het kitten, maar het kitten kan wel nieuwsgierig zijn naar je baby. Snuffelen aan je baby is natuurlijk prima, maar bij je baby in bed slapen of in de box is onverstandig. Zet het kitten elke keer dat hij in de box of bed wil gaan liggen hier dan ook uit. Ook kan je het beste de slaapkamerdeur van je baby dichthouden als je er niet bij bent. Op de momenten dat je er wel bij bent kan het kitten naar binnen om overal te snuffelen en goed aan de geur van je baby te wennen. Baby’s hebben nog ongecontroleerde bewegingen en kunnen dan ook met hun knuistjes plukken haar van je kitten te pakken krijgen, probeer dit te voorkomen.

Een paar spelregels

Een ouder kind kan je goed leren hoe met je kitten om te gaan. Een paar spelregels kan je hierbij gebruiken:

  • Een kitten slaapt veel, gedurende de dag en de nacht. Tussendoor heeft hij periodes van activiteit. Deze rust heeft hij, net als een baby, nodig om indrukken te verwerken en weer energie op te doen voor de volgende ontdekkingstocht. Een goede regel is om je kind te leren een kitten met rust te laten als hij zijn ogen dicht heeft; 
  • Sommige kittens slapen graag bij een kind in bed, maar een aparte slaapplek is beter. Hiermee voorkom je dat je kind per ongeluk op het kitten gaat liggen als hij draait in zijn slaap. Als je kitten en kind het fijn vinden om dicht bij elkaar in de buurt te zijn, kan je een dekentje op het voetenend van het bed plaatsen. En als je kind dan aandacht geeft aan het kitten wanneer het daar op ligt leert het kitten snel dat dit een fijne plek is. 
  • Kinderen knuffelen, heel begrijpelijk, graag met een kitten. Veel katten vinden het echter niet fijn om stevig geknuffeld te worden. Hij kan dan namelijk niet weg wanneer hij wil en dan kan hij gaan bijten of krabben. Wat je kind wel kan doen is het kitten lekker op zijn schoot laten liggen en dan aaien. Veel katten vinden vooral het aaien van de kop prettig. Dan zie je zijn ogen dichtgaan en vaak spinnen ze hier ook bij. Heeft het kitten er genoeg van dan kan hij wat met zijn staart gaan zwiepen of krijgt hij grotere pupillen. Als je kind dan stopt met aaien dan blijft het kitten liggen of loopt weg;
  • Het is echt een no-go om je kitten bij zijn staart of nekvel te pakken of aan zijn poten te trekken. Dit doet namelijk pijn. Je kind kan het kitten beter oppakken met twee handen waarbij een hand onder zijn voorpoten en een hand onder zijn kont gehouden wordt; 
  • Veel katten vinden het fijn om de kat uit de boom te kijken. Op een hogere plek kan hij dit doen. Hierdoor overziet hij situaties en kan wat makkelijker je kind ontwijken als hij even niet in de stemming is voor contact. Hogere en meerdere plekken in de verschillende ruimtes waar je kind en kitten graag zijn, kunnen hiervoor zorgen. Dat zijn dan ook de plekken waar je kind het kitten het beste met rust kan laten;
  • Hoe leuk is het voor je kind om met het kitten te spelen! En bij zo’n jong kitten is de neiging om handen of voeten te gebruiken groot. Ook je voeten bewegen onder het dekbed zorgt er vaak voor dat het kitten hierop afspringt en in de voeten van je kind te bijten of hier met zijn achterpoten tegenaan te trappelen. Hierdoor leert het kitten al jong dat dit mag.  Maar als hij volwassen is dan gaat dit meer pijn doen en dan wil je kind niet meer met het kitten spelen. Hier geldt echt “jong geleerd is oud gedaan”. Spelen met handen en voeten is onverstandig. Een betere manier om met het kitten te spelen is met een speelhengel. Dit zorgt ervoor dat je kitten niet per ongeluk alsnog in handen of voeten springt. Als je kind dan met de speelhengel beweegt, zoals een prooi zich gedraagt, dan gaat het kitten hier makkelijk mee spelen.

Kind en kitten blij met elkaar
Met deze adviezen is de kans groot dat je kitten en je kind veel plezier aan elkaarbeleven. En nog veel samen spelen, knuffelen en ontspannen.

Ik ben aangesloten bij:

Reismandje=trouble

2023-09-13T15:54:31+02:00

VRAAG & ANTWOORD

reismandje=trouble!

Vraag:
De kat van mijn vader begint mijn vader meteen te krabben en bijten wanneer hij het reismandje alleen nog maar uit de kast pakt. Onze eigen katten vertonen juist heel ander gedrag: Ze gaan direct het reismandje in zodra we die pakken en bij de dierenarts zelf rolt een van onze katten ook graag over de vloer heen. Ze loopt vrolijk rond in de behandelkamer en gaat overal even rollen. Waarom vindt ze het zo leuk om daar over de vloer te rollen? Doet ze dat alleen om haar geur te verspreiden?

Antwoord:
Beste Janneke,

De reactie van je vaders kat op het zien van het reismandje komt heel vaak voor! Veel katten hebben namelijk als kitten niet geleerd om zonder problemen de reismand in te gaan. Omdat de reismand bovendien vaak pas tevoorschijn komt als er iets vervelends volgt, is dit vaak hét signaal voor de kat om te vluchten of agressief te worden. Dit is voor iedereen heel vervelend, vooral als de kat een keer naar de dierenarts moet. 

Het beste is om de kat, stapsgewijs, aan de reismand te laten wennen. Je vader kan beginnen door eerst de kat te laten wennen aan de aanwezigheid van het reismandje. Dit kan hij doen door deze onderdeel te maken van zijn interieur. Zet de reismand, zonder kap, op een fijne plek neer, zoals bij een raam of op een zonnige plek. Leg er ook een lekker dekentje in waar de geur van de kat aan zit. Hij kan ook spelenderwijs zijn kat verleiden om het reismandje in en uit te lopen. Of hier geregeld een snoepje of een (geur) speeltje in te leggen.

Plaats de kap er pas op wanneer de kat geregeld de reismand in gaat. Sluit dan het hekje eens, heel kort. Gaat dat goed? Dan kan het hekje langer gesloten worden. Wanneer dit ook goed gaat dan kan de reismand heel kort opgetild worden. Rondlopen met de kat in de reismand is dan de laatste stap. De kat reageert waarschijnlijk beter wanneer je vader hem bij al deze stappen beloont met iets wat zijn kat heel lekker vindt.

Het is wel zo dat hoe langer het gedrag bestaat, hoe lastiger het is om dit te veranderen. Belangrijk is daarom om hier de tijd voor te nemen en de stappen klein te houden. Belangrijk is daarom een langere tijd voordat je weet dat je naar de dierenarts gaat, te beginnen met de training. 

Veel katten vinden het trouwens fijn om in de reismand te kunnen bewegen en rondjes te draaien. De reismand moet dus groot genoeg zijn. Ook raad ik altijd een reismand aan waar de bovenkant vanaf kan zodat de kat in zijn reismandje kan blijven wanneer hij onderzocht wordt door de dierenarts. Is de kat erg angstig? Leg dan eens een handdoek over de reismand heen. 

Wat fijn trouwens dat jouw katten heel ander gedrag laten zien wanneer ze de reismand zien of bij de dierenarts zijn. Het rollen op de grond van een van jouw katten kan inderdaad betekenen dat ze haar geur aan het afzetten is. Het kan ook een vraag om aandacht, aaien of spel zijn. Maar dat is bij de dierenarts waarschijnlijk niet het geval. Er is echter nog geen onderzoek gedaan naar rolgedrag van katten, dus zeker weten doe ik het niet. 

Als deze adviezen onvoldoende resultaat geven, adviseer ik je om een afspraak te maken met een Tinley-gedragstherapeut in jouw regio. Kirsten Meijer, Tinley-gedragstherapeut voor katten. 

Ik ben aangesloten bij:

De aard van jouw beestje

2023-07-13T14:19:38+02:00

“Kittens zijn erg verschillend. Dat kun je zien aan het karakter en het gedrag van het dier. Hoe komt het nu dat kittens zo verschillend zijn? Zelfs als ze uit hetzelfde nestje komen en misschien ook wel dezelfde vachtkleur hebben. Er zijn drie belangrijke redenen die hier een rol in spelen. Erfelijkheid, socialisatie en ervaringen.”

Erfelijkheid
Met erfelijkheid bedoelen we alle kenmerken en eigenschappen die kittens in de genen meegekregen hebben van de vader en de moeder. Sommige kenmerken zijn erfelijk bepaald, zoals de vachtkleur. Maar ook of een kitten zelfverzekerd en ondernemend is of meer timide heeft met erfelijkheid te maken. Net als de mate van hanteerbaarheid (handling). En dit laatste kan ook nog per kattenras verschillen. Zo is een Bengaal over het algemeen wat minder goed hanteerbaar dan een Pers.  Uit onderzoek is bekend dat vriendelijke vaders vaker kittens voortbrengen die nieuwsgierig en onderzoekend van aard zijn. We weten ook dat een moederpoes door meerdere katers bevrucht kan worden. Zij heeft dan een nestje kittens die verschillende vaders hebben. Dit kan een verklaring zijn voor de grote verschillen die je tussen de kittens uit één nest ziet.

Socialisatie
Met socialisatie bedoelen we het sociaal maken van het kitten naar mensen of dieren. Waardoor het kitten later op een fijne manier kan samenleven met mensen en andere dieren. Een kitten leert dit in twee belangrijke leerperiodes van het kittenbestaan. De eerste periode noemen we de 1e socialisatiefase. Het kitten is dan 2 tot 7 weken oud. In deze periode is het belangrijk dat een kitten zo veel mogelijk kennis maakt met van alles en nog wat. Zoals geluiden van radio of televisie en de wasmachine. En heel belangrijk: het kennismaken met mensen en dieren zodat het kitten uitgroeit tot een sociaal dier. Door met een moeder, broertjes en zusjes op te groeien leert het kitten veel sociaal gedrag. En in het contact met mensen is het belangrijk dat je het kitten dagelijks in handen neemt en het kitten aait en knuffelt. In deze 1e socialisatiefase van 2 tot 7 weken zijn kittens over het algemeen niet bang en juist erg nieuwsgierig. Daarom is dit de beste tijd om veel nieuwe indrukken op te doen. In de 2e socialisatiefase, van 7 tot 14 weken, leert een kitten ook nog heel erg veel. De kittens kunnen dan wel wat banger zijn dan tijdens de 1e socialisatiefase. En opnieuw laat je het kitten aan allerlei prikkels, zoals geluiden, geuren en voorwerpen wennen en ga je door met het contact tussen mens en dier. 

Ervaringen
Behalve de erfelijkheid en de socialisatie van een kitten, zijn de ervaringen die een kitten opdoet ook belangrijk. Een kitten dat opgroeit in een huis met mensen, kinderen en dieren doet heel andere ervaringen op dan een kitten dat opgroeit in een huis met één eigenaar. Het is fijn en wenselijk dat een kitten zo veel mogelijk positieve ervaringen opdoet. Opgroeien in een huis waar mensen op een fijne manier met het kitten omgaan, maken dat het  kitten later niet bang is voor mensen. Het kitten heeft geleerd dat je van mensen eten en drinken krijgt, dat je lekker geaaid wordt en dat ze ook nog met je spelen. Een kitten dat opgroeit in een huis met kleine kinderen die steeds aan zijn staart trekken en hem vaak uit de slaap halen, zal een minder positieve associatie met kinderen opbouwen. En misschien zelfs wel bang zijn voor kinderen. Wanneer kittens opgroeien in een zeer rustige  omgeving, dan kan een eigenaar bij voorbeeld wat vaker kinderen uitnodigen om langs te komen. Zij kunnen dan met de kittens spelen en de kittens wennen zo toch aan kinderen. Voor de kinderen en de kittens leuk! 

Ieder kitten is uniek
Erfelijkheid, socialisatie en ervaringen maken dat ieder kitten uniek is. En dat maakt het mogelijk om een kitten te kiezen dat goed bij jou en jouw thuissituatie past. En afhankelijk van de leeftijd waarop jouw kitten in huis is gekomen, kun je zelf nog veel bijdragen aan het socialiseren en opvoeden van het kitten. Over het algemeen zal het kitten tussen de 7 en 14 weken oud zijn wanneer hij bij jou in huis komt. Je zit dan nog middenin de 2e socialisatiefase die zo belangrijk is. Maak hier goed gebruik van door het kitten veel verschillende prikkels aan te bieden, lekker met het kitten te knuffelen en hem aan verschillende mensen, kinderen en dieren voor te stellen. En probeer het kitten daarbij vooral positieve leerervaringen op te laten doen. 

Ik ben aangesloten bij:

Wat doet een kattencoach eigenlijk

2023-06-27T12:58:26+02:00

“Veel mensen trekken hun wenkbrauwen op als ze horen wat mijn werk is, zeggen dan een beetje lacherig…..oh een kattenfluisteraar.”

Maar ik hoor ook geregeld van eigenaren die een gedragstherapeut voor katten willen inzetten dat ze door familie en vrienden raar aangekeken worden of zelfs aangeraden wordt om de kat maar naar het asiel te brengen.
Tijd voor wat meer uitleg over wat ik en mijn collega’s kattengedragstherapeuten, nou doen. Het is namelijk niet zweverig en helpt vaak bij het creëren van meer begrip voor en inzicht in het gedrag van de kat. 

 

In het kort: ik help katteneigenaren met katten die probleemgedrag tonen. Dit kan gaan over bijvoorbeeld het poepen of plassen buiten de bak, angstig gedrag, agressief gedrag naar mens of andere dieren, maar ook dingen als het krabben aan de bank, de opvoeding van kittens etc. Kortom al het gedrag van de kat wat de eigenaar als vervelend ervaart. Probleemgedrag zorgt vaak voor spanning in de relatie van de eigenaar met de kat, maar ook tussen katten onderling. Mijn doel is natuurlijk om het probleemgedrag op te lossen, mét hulp van de eigenaar. Op die manier wordt de relatie weer positief en kunnen kat en eigenaar weer leuke dingen met elkaar doen. En kunnen katten onderling weer beter met elkaar opschieten. 

Hoe doe ik dat dan? In eerste instantie heb ik vaak telefonisch contact met de eigenaar die me meer verteld over het probleem met de kat. Een huisbezoek is vaak de volgende stap. Dit heeft grote voordelen, je hoeft niet op reis met je kat dus geen stress, ik kan de kat in zijn eigen omgeving zien en soms zie ik ook het probleemgedrag waar de eigenaar contact voor met me op heeft opgenomen. Van tevoren vraag ik aan de eigenaar om een vragenlijst in te vullen en eventueel filmpjes te maken van het gedrag. Tijdens het huisbezoek observeer ik, stel ik vragen en leg gedrag van de kat uit. Vervolgens geef ik maatwerkadviezen om het gedrag te veranderen. Soms is het uitvoeren van een advies niet haalbaar voor de eigenaar, dan kijken we samen naar wat er wel mogelijk is. 

Het is niet afgelopen na het huisbezoek. Ik maak een kort verslag van het huisbezoek waar ik ook de adviezen in zet en vervolgens gaat de eigenaar hiermee aan de slag. De drie maanden (gratis) nazorg zijn dan ingegaan. In deze periode kijk ik geregeld, samen met de eigenaar, hoe het gaat met de uitvoering van de adviezen en natuurlijk hoe de kat hierop reageert. Op basis van deze updates bespreek ik hoe een eigenaar verder kan gaan. 

Naast onzindelijkheid en agressie nemen katteneigenaren ook steeds vaker contact op voor andere gedragingen van hun kat waar ze zich zorgen over maken. Zoals een kat die erg schrikachtig is of bij het minste of geringste onder het bed kruipt. Angst komt helaas regelmatig voor en is een vervelende emotie voor de kat om te ervaren. Maar nachtelijk mauwen, krabben aan alles behalve de krabpaal, sloopgedrag etc. zijn ook gedragingen waar regelmatig mijn advies over gevraagd wordt. Wanneer een katteneigenaar nog een kat wil plaatsen bij de huidige kat, kan dit problemen veroorzaken. Ik begeleid dan mensen om de introductie tussen de katten zo goed mogelijk te laten verlopen. 

Een heel divers beroep waarbij de nadruk voor mij ligt bij het verbeteren van het leven van veel katten en hun eigenaren.

Ik ben aangesloten bij:

Handling van je kitten

2023-05-30T14:43:57+02:00

“Met handling bedoelen we dat je een kitten leert dat hij opgepakt en behandeld wordt. Bij behandelen kun je denken aan oren nakijken en schoonmaken, teken verwijderen, vlooiendruppels toedienen, nagels knippen en medicatie ingeven.”

Dit zijn allemaal handelingen die je vroeg of laat bij jouw kitten en volwassen kat gaat uitvoeren. En veel katten zijn hier niet van gediend. Zij kunnen zich heftig verzetten, loswurmen, wegrennen, blazen, grommen, uithalen en bijten. En dan is het een hele strijd voor jou om nog iets voor elkaar te krijgen. Door een kitten al op jonge leeftijd aan verschillende handelingen te laten wennen, heeft hij er als volwassen kat niet zo veel problemen mee. 

Handling: oefening baart kunst
Een aantal handelingen kun je rustig oefenen zonder dwang en stress voor jezelf of het kitten. Als hij lekker bij je ligt, kun je zijn pootjes aaien, vastpakken en een beetje druk uitoefenen zodat de nageltjes tevoorschijn komen. Je kunt dan als oefening de puntjes van de nageltjes knippen. Wanneer je het kitten iets lekkers geeft als je dit in stapjes oefent, dan bouwt het kitten een positieve associatie met die handelingen op. Het kitten leert dan dat nagels knippen iets lekkers oplevert. De meeste katten kunnen zelf goed hun nagels scherpen en de kans dat je nagels moet knippen is dan ook niet zo groot. Maar er kunnen situaties voorkomen waarbij het wel handig is als je het kunt toepassen en de kat rustig meewerkt. 

Als je een half-langharig (bij voorbeeld een Noorse Boskat) of een langharig (de Pers) kitten hebt, dan zul je in de toekomst misschien hulp nodig hebben bij de vachtverzorging. De meeste trimsters gaan niet aan de slag zonder de nagels van de voorpoten te knippen. Dit om verwondingen bij de trimster te voorkomen. Het is dan wel zo fijn als jij jouw kat daar als kitten al aan gewend hebt. Dan begint een trimbeurt rustig en zonder al te veel stress. Zo kun je ook het kammen van de vacht al oefenen met het kitten zodat hij hieraan gewend raakt. 

Handling: soms een noodzakelijk kwaad
Je kunt veel handelingen bij jouw kitten doen zonder dat je het kitten hoeft te dwingen. Maar soms kun je voor situaties komen te staan die toch wat dwang noodzakelijk maken. Omdat je niet de tijd hebt om rustig stapsgewijs te oefenen en te trainen. Denk bij voorbeeld aan een kitten dat veel vlooien of teken heeft. Dit laatste kan voorkomen als jij een kitten op straat hebt gevonden en in huis hebt genomen. Vlooien en teken zijn parasieten die je het beste zo snel mogelijk kunt bestrijden. Jouw kitten kan er ziek van worden (bloedarmoede) wanneer het er veel zijn. En je wilt die parasieten niet in huis hebben. Ze kunnen andere huisdieren, kinderen of jouzelf te pakken nemen.

In dit soort situaties kan een beetje dwang nodig zijn. Bij voorbeeld omdat de teken op het hele lijfje van jouw kitten zitten. Dan moet je hem op zijn rug leggen om teken op de buik en tussen de voetkussentjes uit te kunnen halen. Maar ook in deze situaties kun je het kitten rustig benaderen, oppakken, aaien en gerust stellen voordat je van start gaat. Je kunt de teken in een aantal sessies verwijderen. Het kan misschien niet in één keer als het er veel zijn. Als je een rustpauze inlast, kun je het kitten weer wat lekkers geven.

Wie niet sterk is, moet slim zijn
Een kitten hoeft niet bij alle behandelingen gehanteerd te worden. Een aantal dingen kun je ook slim aanpakken zodat jij en het kitten er nauwelijks last van hebben. Vlooiendruppels kun je rustig en snel toedienen wanneer een kitten op je schoot ligt te slapen. Of in een klimpaal ligt te rusten waar jij er goed bij kunt. Je hoeft alleen wat op de juiste plek te aaien en de haren opzij te duwen (en dat kun je al eerder oefenen) en de druppels aanbrengen. 

Je kunt het kitten ook voor de gek houden. Wanneer je een kitten een wormkuur geeft, kun je hem ook verleiden met smeerkaas of smeerworst waar het pilletje in verstopt zit. Vaak happen ze dit in één keer op en slikken het snel door. Maar het lukt helaas niet altijd. Jij kunt het net treffen dat jouw kitten een slimmerik is die de smeerkaas of smeerworst weg-likt en het pilletje weer uitspuugt. Het is dan ook altijd even kijken wat voor type kat jouw kitten is en hoe je hier het beste mee om kunt gaan.

Jong geleerd is oud gedaan
Wanneer je jouw kitten allerlei handelingen leert ondergaan als hij nog jong en onbevangen is, dan heb je daar later veel profijt van. Je kunt zelf makkelijker handelingen uitvoeren als jouw kitten een volwassen kat is. Bij de dierenarts is jouw kat makkelijker te hanteren en te behandelen en dit geeft jouw kat minder stress. 

Ik ben aangesloten bij:

Introductie kitten

2023-05-09T11:56:44+02:00

“Wanneer katten elkaar niet kennen is het onverstandig om ze direct met elkaar kennis te laten maken. Katten kunnen ook een kitten als bedreiging zien.”

En dan kan een directe kennismaking leiden tot agressie en intolerantie. Het is heel spannend voor je kitten om in het territorium van een andere, voor hem vreemde, kat te komen. De kat die al in huis is ruikt ineens een nieuwe kat en kan zijn territorium in meer of mindere mate gaan verdedigen of bang zijn voor je kitten. Met het onderstaande uitgebreide stappenplan is de kans het grootst dat je katten elkaar gaan accepteren en misschien wel vriendjes worden. 

De duur van de introductie hangt af van de achtergrond en de karakters van je katten. Zodra je angst en/of agressie ziet tussen je katten dan ga je te snel met de introductie. Zet dan een paar stappen terug in het stappenplan. Succes!

STAPPENPLAN

  • Stap 1: De introductie voorbereiden

    • Je kitten zit in de wenperiode in een aparte kamer waar zijn kattenbak, water, slaapplek, schuilplek en krabpaal staan. Hij loopt dus nog niet door het gehele huis.
    • Installeer zowel in de kittenkamer als het andere deel van het huis een feromoonverdamper. Een dergelijke verdamper verspreidt kunstmatige feromonen. Dat zijn stoffen die katten zelf ook afscheiden en zorgen voor een gevoel van vertrouwen en veiligheid in de omgeving.
    • Wanneer je kitten op zijn gemak rondloopt, languit durft te liggen en met je speelt, kan je verder gaan door ze aan elkaars geur te laten wennen.
  • Stap 2: Geuren introduceren

    • Verzamel met aparte doekjes de geur van het kitten en al aanwezige kat(ten) door ze ieder met een doekje te aaien, beginnend bij de wang, via de flank en eindigend bij de staartbasis.
    • Bewaar ieder doekje apart in een plastic zakje met de naam van de kat erop.
    • Als je je kitten gaat begroeten of eten gaat geven, wikkel dan het doekje van de andere kat om je hand en bied de nieuwkomer kort je hand aan om aan te ruiken.Als dit een angstige of agressieve reactie bij het kitten uitlokt, stop dan met het aanbieden van de geur. Angst herken je aan platte oren, grote pupillen en blazen, agressie herken je aan wegdraaiende oren, grommen of blazen
    • Bied bij meerdere katten in huis iedere geur apart aan je kitten aan en bied de al aanwezige kat(ten) op dezelfde wijze de geur van het kitten aan.
    • Herhaal dit een aantal keer totdat de katten tegen je hand met het doekje gaan wrijven of de geur negeren (geen angst of agressieve vertonen of gewoon weglopen).
    • Meng de geuren door de doekjes bij elkaar in een zak te doen en gebruik de doekjes met de gecombineerde geur op dezelfde manier als hierboven beschreven.
    • Herhaal dit een aantal keer totdat de katten tegen je hand met het doekje gaan wrijven of de geur negeren (geen angst of agressieve vertonen of gewoon weglopen). Dan zijn ze toe om wat meer kennis met elkaar te maken, maar ze kunnen elkaar nog niet zien.
  • Stap 3: Verkenning starten en positieve associaties vormen

    • Bied je kitten nu regelmatig de mogelijkheid om de rest van het huis te onderzoeken, terwijl de andere kat(ten) opgesloten wordt (worden) in de ruimte van je kitten. Gebruik bij het wisselen van kamers een derde ruimte als sluis zodat voorkomen wordt dat de katten elkaar tegenkomen. 
    • Leg een positieve associatie tussen de katten door regelmatig  een lekker hapje aan beide zijden van de dichte deur aan te bieden. Begin op een afstand waarop alle katten rustig eten en geen agressie of angst vertonen. Bied het lekkers vervolgens per sessie iets dichter bij de deur aan.  Als de katten niet eten of angst of agressie vertonen, moet het lekkers (weer) wat verder van de deur worden aangeboden, op een afstand waarbij de katten wel ontspannen zijn en hun eten aannemen. 
    • Wanneer het lekkers dicht bij de deur gegeven kan worden en je kitten vertrouwd is met de rest van het huis kunnen ze elkaar gaan zien, maar wel op een veilige manier.
  • Stap 4: Onder toezicht bij elkaar laten

    • Geef de katten nu tijdens de eetsessies zicht op elkaar, maar voorkom dat ze elkaar kunnen aanvallen. Dit kan door een glazen deur of een hordeur te gebruiken. Als beide niet mogelijk zijn dan kan de deur op een kiertje gezet worden. Begin in eerste instantie weer op ruime afstand van de deur(kier) en sluit na het eten de deur;  
    • Bied het lekkers vervolgens per sessie dichter bij de glazen deur of hordeur aan. Belangrijk is dat  al je katten rustig eten en geen agressie of angst vertonen. Ga hiermee door totdat de beloning dicht bij de deur(kier) gegeven kan worden. Wanneer één of meerdere katten wel angstig of agressief reageren dan ga je te snel. Ga dan weer terug naar het moment waarop dit gedrag niet getoond wordt. 
    • Is er geen angstig of agressief gedrag van één van je katten dan kan je de deur openen zodat ze verder kennis kunnen maken. Doe dit alleen wanneer je erbij bent en bouw de periode langzaam op. Dus eerst een uurtje en als dat goed gaat kan je ze steeds langer bij elkaar laten. 
  • Stap 5: Sociale stress minimaliseren

    • Om agressie of angst te voorkomen is het belangrijk om je inrichting aan te passen. Zo kunnen ze elkaar ontwijken als ze dat willen. Maar hebben wel altijd toegang tot voor hun belangrijke bronnen zoals eten, water, (hogere en lagere) slaap- en schuilplekken, krabgelegenheden en kattenbakken. Verdeel deze plekken over verschillende kamers in je huis. 

Ik ben aangesloten bij:

De start van het kitten in jou huis

2023-04-11T11:59:43+02:00

“Het nieuwe kitten is bij jou in huis. Voor jou breekt een leuke en misschien spannende periode aan. Voor het kitten is het zeker spannend”

Hij komt uit een nestje met moederpoes en broertjes en zusjes. Een nestje waar het kitten zich geborgen en veilig voelde. En nu moet hij wennen aan een nieuw huis met voor hem nog onbekende mensen en misschien ook kinderen. Alles is nieuw en alles ruikt anders. Misschien heb je een dekentje of een pluchen speeltje meegekregen uit het nest. Met een vertrouwd luchtje zal het kitten zich wat relaxter voelen.

Bij voorkeur starten in één ruimte
Voor een kitten in een nieuwe woonomgeving is het fijn als hij eerst in één ruimte kan wennen. Een rustige ruimte met brokjes, water een paar speeltjes en waar een kattenbak staat. Plus een plek waar hij kan schuilen want alles is nieuw en spannend. Bij voorbeeld een klimpaal waar ook dichte mandjes aanzitten. Maar het kan ook met een doos waar je een dekentje in legt. Voor een kitten is dit fijn, zeker wanneer hij toch wat bang is in het begin. Daar hoef je overigens niet van te schrikken. Veel kittens, hoe nieuwsgierig en ondernemend ook, kunnen de eerste dagen wat bang zijn en wegkruipen. De overgang van het veilige nest naar een onbekend nieuw thuis is best groot. 

Rustig laten wennen
Het is fijn voor je kitten om rustig te kunnen wennen aan jou, eventuele huisgenoten en de nieuwe omgeving. Je kunt bij het kitten gaan zitten en hem aaien en oppakken en op schoot nemen. Een kitten zal de warmte aangenaam vinden. Al wil niet ieder kitten op schoot liggen. Dat ligt ook aan wat hij al vanuit zijn eerste huis heeft meegekregen. Je kunt het kitten de eerste weken het voer geven dat hij gewend is. Dan is niet alles anders. En doordat jij hem voer geeft, zal hij jouw aanwezigheid gaan waarderen. Ook de liefde van het kitten gaat door de maag! Omdat kittens erg speels zijn, kun je hier goed gebruik van maken. Je kunt iedere dag verschillende spelletjes met hem doen waarbij hij kan rennen en klimmen en klauteren. Vooral een schuw kitten kun je met spel verleiden om tevoorschijn te komen. Een kitten zal regelmatig even slapen om uit te rusten. In het begin ook om alle nieuwe prikkels te verwerken. Daarom heeft hij behoefte aan een rustige en veilige slaapplek. 

Het hele huis verkennen
Gaandeweg zal het kitten steeds meer gewend zijn aan de nieuwe geluiden en geuren in huis. Hij zal minder schrikken van prikkels omdat hij weet dat er niets vervelends gebeurt. Hij is zich steeds meer thuis gaan voelen. Wanneer je het idee hebt dat het kitten ontspannen in één ruimte verblijft, kun je de deur open zetten en hem op eigen tempo een volgende ruimte laten verkennen.  Zo neemt hij langzamerhand het hele huis in beslag. En went hij in een rustig tempo aan steeds meer geluiden, zoals van een wasmachine en de douche. Maar ook aan andere geuren, kamers en spullen.

Waar kun je nog meer op letten:

  • Kittens zijn jong en speels, zij overzien het gevaar niet en kunnen zo maar een glazen vaas of bloempot omtrekken. Probeer met deze kittenblik naar jouw huis en spullen te kijken.

  • Zijn er spullen die kittenspel uitlokken maar ook gevaarlijk kunnen zijn? Kijk dan of je die tijdelijk op een veilige plek kunt opbergen.

  • Een kitten zal ook moeten leren om alleen te zijn. Bouw dit in stapjes op door hem steeds iets langer alleen te laten.
  • Een kitten kan zich de eerste dagen uit angst ook ergens verstoppen waar je niet bij kunt. Achter een koelkast of een wasmachine bij voorbeeld. Een beetje toezicht op het kitten is zeker de eerste dag en weken belangrijk.

  • Voor een kitten is het niet fijn als hij de eerste paar nachten al meteen alleen door moet brengen. Je kunt hem meenemen op jouw slaapkamer waar je een kattenmand neer kunt zetten. Of je kunt zelf een paar dagen bij het kitten gaan slapen in de ruimte in huis waar hij verblijft.
  • Geniet vooral van het kitten!
    Zoals je hebt kunnen lezen, is het belangrijk om een aantal dingen goed te regelen voor jouw kitten zodat hij zich op zijn gemak voelt bij jou thuis. Maar minstens zo belangrijk is dat je zelf ook plezier aan het kitten beleeft. Want wat is er nu fijner dan een spinnend kitten op je schoot! Of een kitten die vrolijk rennend door je woonkamer sjeest. En te gaan ontdekken hoe het karakter van het kitten zich verder vormt naarmate hij groter en ouder wordt. Want iedere kat is uniek. En het is voor jou nog gezond ook. Uit onderzoek is bij voorbeeld bekend dat het (aai)contact met katten en kittens bloeddrukverlagend werkt en het welzijn van mensen bevordert. Daarom wens ik je vooral ook veel plezier toe met het kitten!

Ik ben aangesloten bij:

Drinkt mijn kat wel genoeg

2023-04-11T11:59:35+02:00

“Ik hoor het regelmatig van mensen, mijn kat drinkt zo slecht. Maar is dat ook zo?”

Een kat heeft ongeveer 50 ml vocht per kilo kat per dag nodig. Dat betekent voor een kat van 4-5 kilogram dat deze ongeveer 200-250 ml vocht per dag nodig heeft. Wanneer je je kat observeert en tijdelijk afgepast water aanbiedt dan zie je hoeveel je kat drinkt. 

Katten halen hun vocht niet alleen uit drinkbakjes maar ook uit natvoer of uit het eten van prooien. Maar als je kat niet buiten komt dan zal hij geen prooi eten en er zijn ook katten die alleen brokken te eten krijgen.

Waarom is voldoende drinken belangrijk voor katten? Net als mensen moeten katten voldoende vocht binnen krijgen om bijvoorbeeld uitdroging te voorkomen. Maar ook om ervoor te zorgen dat afvalstoffen goed afgevoerd kunnen worden. Voldoende vocht ontlast de nieren en de blaas. Meer drinken helpt om de urine minder geconcentreerd te houden en de kans op blaasproblemen kleiner te maken. En de nieren kunnen met voldoende vocht de afvalstoffen beter afvoeren. Dus voldoende drinken is belangrijk!

Tips om je kat meer te laten drinken:

  • Verblijft je kat (voornamelijk) binnen? Biedt dan regenwater aan en zorg er voor dat dit water geen chemicaliën e.d. kan bevatten.

  • Komt je kat wel buiten? Creëer dan een veilige plek in je tuin waar hij kan drinken, dit kan gewoon een stenen plantenschotel of een emmer zijn.

  • Krijgt je kat nu alleen maar brokken? Overweeg dan om twee maal per dag wat natvoer te geven, hier zit veel vocht in en bevat ook minder calorieën.

  • Drinkt je kat te weinig uit de drinkgelegenheden die je aanbiedt? Voeg dan wat water toe aan het natvoer. Of geef hem af en toe ook kattenmelk. 

  • Geef je je kat alleen uit plastic bakjes water? Probeer dan eens om ook water te geven uit een bak van keramiek of glas. Zoals een drinkglas zijn of een soepbord.

  • Er zijn katten die graag uit een waterfontein drinken, maar er zijn ook katten die dit niet prettig vinden. Je kunt het uitproberen met een fonteintje, met daarnaast ook nog andere type drinkgelegenheden. Dan zie je welke voorkeur je kat heeft.

  • Plaats meerdere drinkgelegenheden op verschillende plekken in huis zodat je kat kan kiezen, zeker bij meerkatshuishoudens is dit belangrijk.

  • Plaats de drinkgelegenheden op minimaal 2 meter afstand van het eten en ook op minimaal 2 meter van de kattenbak.

  • Ververs de drinkgelegenheden dagelijks.

  • Maak de bakjes het liefst schoon zonder schoonmaakmiddelen. Dit om te voorkomen dat je kat nog wat schoonmaakmiddel ruikt en daardoor niet meer uit die bak drinkt.

  • Probeer eens een vissenkom met daarin een (liefst bewegend) speeltje of doe er in de zomer wat  ijsblokjes bij. Dit kan je kat motiveren om met het water te gaan spelen, vervolgens zijn pootje aflikt en ontdekt dat hij daar ook uit kan drinken.

Ik ben aangesloten bij:

Mijn kat wil niet in de reismand

2023-07-13T11:02:35+02:00

“Veel katten hebben als kitten niet geleerd om in de reismand te gaan of hij heeft een vervelende ervaring hiermee gehad. Dit is voor u, maar ook voor uw kat, stressvol, vooral als hij een keer naar de dierenarts moet. U kunt deze stress verminderen door hem, stapsgewijs, aan de reismand te laten wennen”

Zet de reismand, als onderdeel van het interieur, neer op een zonnige plek. Doe dit zonder de kap en plaats hierin een dekentje waar zijn geur aan zit. Zo creëert u een fijne slaapplek. Slaapt hij niet in het reismandje? Kijk dan of hij spelenderwijs wel het reismandje in- en uitloopt. Of leg er geregeld een lekker snoepje of (geur)speeltje in. 

Plaats de kap er pas op wanneer uw kat geregeld de reismand in gaat. Doet hij dit? Sluit dan het hekje eens, heel kort. Gaat dat goed? Dan kunt u het hekje langer sluiten. Wanneer dit ook goed gaat dan kunt u de reismand heel kort optillen. Rondlopen met uw kat in de reismand is dan de laatste stap. Uw kat reageert waarschijnlijk beter wanneer u hem bij al deze stappen beloont met iets wat uw kat heel lekker vindt.

Mogelijk reageert uw kat onvoldoende op bovenstaande tips. Of misschien wilt u uw kat ook laten wennen aan het bezoeken van de dierenarts en het reizen met de auto. Een gediplomeerd gedragstherapeut kan u daarbij helpen. 

Nog wat tips om je kat in de reismand te krijgen:

  • Er zijn veel leuke reismanden te koop, maar welke vindt uw kat nou fijn? Veel katten vinden het fijn om in de reismand te kunnen bewegen en rondjes te draaien. De reismand moet dus groot genoeg zijn. Om te voorkomen dat uw kat uit de reismand getrokken moet worden kunt u het beste een reismand gebruiken waar de bovenkant van af kan. Is uw kat erg angstig? Leg dan eens een handdoek over de reismand heen.

  • Er zijn katten die zo bang zijn voor de reismand en de dierenarts dat u er misschien voor kiest om zo min mogelijk de dierenarts te bezoeken. Er is echter medicatie die gegeven kan worden om angst te voorkomen waardoor hij makkelijker de reismand in gaat. En hij beter behandeld kan worden door uw dierenarts. Overleg met uw dierenarts of dit voor uw kat ook nodig is en welke medicatie het beste gegeven kan worden. 

  • Het komt geregeld voor dat wanneer een kat na behandeling door de dierenarts weer thuiskomt, hij door een andere kat in huis aangevallen wordt of dat een van de katten angstig reageert. Uw kat neemt een vreemde geur mee wanneer hij terugkomt van de dierenarts. Om te voorkomen dat uw katten ruzie krijgen kunt u het beste de behandelde kat bij thuiskomst in een andere kamer zetten. Na een paar uur heeft hij zich lekker gewassen en kunt u hem weer rond laten lopen. 

Ik ben aangesloten bij:

Buren hebben overlast van mijn kat

2023-01-20T13:02:08+01:00

“Hebben je buren aangegeven dat ze overlast van je kat ervaren? 

Bijvoorbeeld omdat hij in hun tuin poept of op vogels in hun tuin jaagt? Neem dit serieus en probeer samen tot een oplossing te komen voordat de relatie met je buren verziekt is. Schakel eventueel iemand in die jullie hierbij kan helpen zoals een gedragstherapeut, wijkagent of iemand anders die jullie beiden vertrouwen.

Wat kan je verder doen?:

  • Voorkomen jacht op vogels 

    • Uit onderzoek (universiteit van Exeter) is gebleken dat het geven van (nat) voer met een hoog proteïnegehalte (veel vlees) en dagelijks zo’n 5 à 10 minuten met je kat spelen de prooivangst verlaagt met zo’n 25%! 
    • De birdsbesafe kattenband is een gekleurd bandje wat je om kunt doen bij je kat. Hierdoor zien vogels de kat veel sneller en kunnen ze vluchten. Dit is een effectieve manier om de jacht op vogels te verminderen. Helaas is dit bandje (nog) niet verkrijgbaar in Nederland, maar wel online. 
    • Je kat binnenhouden in de periodes dat vogels hun nest bouwen en hun jongen groot brengen. Of je kan je kat binnenhouden rond zonsopgang en zonsondergang. Dit is het tijdstip dat veel prooidieren actief zijn.
    • Je kunt bomen met nesten beschermen door hier een band met pinnen om te plaatsen, kippengaas en dergelijke. Hierdoor kan de kat niet in de boom klimmen en dus niet bij een nest komen.
  • Voorkomen in de tuin van je buren komen

    • Als de buren ook katten hebben die buiten komen en jullie katten hebben regelmatig ruzie met elkaar, dan kunnen jullie onderling een afspraak maken op welke tijden welke katten naar buiten kunnen. 
    • Of jullie zetten beiden jullie tuinen af en maken deze interessant voor jullie katten. 
    • Hebben de buren zelf geen katten, dan is het nogal wat om hen te vragen hun tuin af te zetten. Dit kan je dan wel met je eigen tuin doen. 
    • Kijk naar de route die je kat bewandelt om in de tuin van de buren te komen. Mogelijk kan je deze route blokkeren zodat je kat niet meer in die tuin kan komen.
    • Plaatsen van de SSscat op strategische plekken kan helpen om een vreemde kat uit je tuin te houden. Deze heeft een bewegingssensor en sprayt een veilig afschrikmiddel wanneer er binnen een meter een kat langsloopt. Dit kan effectief zijn, maar is niet handig als je eigen katten ook buiten komen.
  • Poepen en/of plassen in de tuin van de buren
    Veel katten hebben een voorkeur voor zand en aarde om in te poepen en plassen. Daarnaast kan er ook een territoriale factor meespelen. Zeker als de buren zelf geen katten hebben kan hun tuin hiervoor gebruikt worden. Dit is een lastig probleem om te doorbreken. 

    • Zorg in je eigen tuin voor een goede plek waar je kat zijn behoeftes kan doen door bijvoorbeeld wat zand te storten en deze geregeld schoon te scheppen. 
    • Zorg voor een of meerdere kattenbakken zodat je katten daar hun behoeftes kunnen doen.
    • De buren kunnen bijvoorbeeld de SSscat bij een plek plaatsen waar katten hun behoeftes in hun tuin doen. 
    • Het plaatsen van struikjes met doorns of het plaatsen van veel planten dicht op elkaar kan het lastiger maken voor katten om daar hun behoeftes te doen.

Ik ben aangesloten bij:

Ga naar de bovenkant